Werkwijze - Algemeen

HET ONDERZOEKEN VAN ALTERNATIEVE SCENARIO'S

In een onderzoek dat waarheidsvinding tot doel heeft, moeten naast het voorliggende scenario, alternatieve scenario's onderzocht worden (Crombag & Wagenaar, 2000; Rassin, 2001). Dat wil zeggen: Er moet niet alleen gekeken worden of datgene wat verondersteld wordt klopt of niet, maar óók of ondersteund of ontkracht kan worden dat er iets anders aan de hand is.

Wanneer een vrouw klaagt over seksuele intimidatie door een collega, dan moet onderzocht worden of er aanwijzingen zijn dat dit inderdaad gebeurd is (scenario 1), maar óók of de vrouw redenen heeft om deze collega een hak te zetten (scenario 2). Een ander mogelijk scenario dat in het onderzoek betrokken moet worden is dat de vrouw de neiging heeft om verhalen te verzinnen om aandacht te krijgen (scenario 3). Om alternatieve scenario's te onderzoeken moeten meestal andere vragen beantwoord worden, dan de vragen die beantwoord moeten worden om het eerste scenario te onderzoeken.

Alternatieve scenario's variëren afhankelijk van de zaak. Zo kan in een in een zaak, waarin aangifte is gedaan van seksueel misbruik van een kind, een alternatief scenario zijn: 'Het kind is niet seksueel misbruikt; er is een verhaal 'ontstaan', doordat het kind suggestief is bevraagd'. In een zaak waarin aangifte is gedaan van verkrachting door een onbekende dader, kan een alternatief scenario zijn: 'De aangeefster heeft het verhaal over de verkrachting verzonnen'. In een verdachtenverhoor is een alternatief scenario: 'De verdachte heeft het niet gedaan'.

Het oog houden voor en het onderzoeken van alternatieve scenario's behoedt de onderzoekers voor tunnelvisie.

Het belang van het onderzoeken van alternatieve scenario's komt nadrukkelijk aan de orde in trainingen die Kinterview geeft aan politiefunctionarissen. Maar ook bij trainingen aan onderzoekscommissies, klachtencommissies of anderen die gesprekken moeten voeren waarbij het inwinnen van waarheidsgetrouwe informatie het doel is, komt dit onderwerp aan bod.

Wanneer Kinterview adviseert of coacht in lopende (straf)zaken, zal het onderzoeken van alternatieve scenario's altijd onderdeel uitmaken van het advies.

Bij het beoordelen van verklaringen in strafzaken wordt gekeken of alternatieve scenario's voldoende onderzocht zijn en of er in het dossier ondersteuning te vinden is voor een alternatief scenario.

  • Crombag, H.F.M. & W.A. Wagenaar. (2000). Audite et alteram partem. Trema, 23, 93-96.
  • Rassin, E. (2001). Het bepalen van geloofwaardigheid: de methode van de alternatieve scenario's. De Psycholoog, 36, 348 - 355.

Ga terug naar overzicht